Westfries aan het woord:
Nico VaderAls kleine jongen was hij al te vinden op de werf van Bertus Potveer in Warmenhuizen. “Een uit de hand gelopen hobby”. Zo typeert Nico Vader de museale schuitenhelling in Broek op Langedijk. Pal naast de sluis die toegang geeft tot het laatst overgebleven deel van het Duizend Eilanden Rijk ligt een pittoresk werfje waarover Nico de scepter zwaait.
Als kleine jongen was hij al te vinden op de werf van Bertus Potveer in Warmenhuizen. Schuiten leeghozen en als dank een stukje mogen kloeten. In de jaren zeventig van de vorige eeuw zijn al de waterrijke gebieden rondom de Langedijk verkaveld en van vaarpolder in rijpolder veranderd. Nico heeft dit proces van nabij meegemaakt en heeft werk en hobby kunnen combineren: scheepsbouw, varen en de museale helling. De museumwerf is opgebouwd uit onderdelen van scheepswerven en schuitenhellingen rond het Geestmerambacht.
Op het terrein is een schuitenhelling te zien waarop de tuinderschuiten gerepareerd konden worden en een langshelling met lorrie voor de grotere schepen zoals de Langedijker vrachtschepen. Met de tuinderschuiten (zwart geteerd met rode rand) werd de oogst van het land gehaald, met de vrachtschepen werden de producten naar de grote stad gebracht.
Rondom de hellingen en in de hellingschuur zijn allerlei apparaten en gereedschappen tentoongesteld die laten zien hoe er tussen 1850 en 1950 op de werf gewerkt werd. Van hout- naar staalbouw, van klinken naar lassen, van handmatig naar machinaal. Nico stelt er een eer in dat alle apparaten ondanks hun ouderdom functioneren en dat er op alle vragen een antwoord komt.
Op en rond de werf liggen historische vaartuigen waaronder een in 1893 gebouwde Langedijker Koftjalk. Dit schip werd oorspronkelijk gebruikt om groente en aardappelen naar de stad te vervoeren en daar te verkopen. In het voorjaar, als de handel in bewaargroente was afgelopen, werd er met het schip op ansjovis gevist vanuit Kolhorn. Later is het schip gebruikt bij de aanleg van de Wieringermeer en Noordoostpolder. Uiteindelijk kwam het schip in Zwartsluis te liggen. Cor van Schoorl, een vriend van Nico, herkende de lijnen van het schip en knoopte een praatje aan met de eigenaar. Uiteindelijk heeft het ertoe geleid dat de koftjalk weer terug kwam in de Langedijk en werd gerestaureerd.
In dit historische landschap vormt de schuitenhelling samen met de 250 eilandjes van de Oosterdel, de sluis, een molen, koolschuren, de Broeker vaarveiling en de tuinders met hun schuiten, een levend museum. Nico heeft de ontstaansgeschiedenis van het gebied uitgewerkt in een kaart met kloksgewijs de ijkpunten uit de historie. Zie afbeelding.
Onderhoudswerk in de Oosterdel wordt uitgevoerd onder verantwoordelijkheid van Stichting Veldzorg Oosterdel. Aan het onderhoudswerk wordt ook bijgedragen door bewoners van zorgtuinderij Oosterheem. Eén van de bewoners komt elke vrijdag naar de werf om Nico te helpen.
Wie geïnteresseerd is in de werf kan voor een afspraak contact opnemen met Nico: 06- 16261914
Er is een rondleiding mogelijk op de werf met uitleg en demonstraties van knippen, ponsen, klinken, smeden, buigen, draaien, boren, lassen. Er kan ook een workshop klassieke scheepsbouw worden gegeven met de basis van ontwerpen, tekenen, uitslaan en het bouwen van schepen of schaalmodellen. Tevens is een vaarexcursie mogelijk met de Langedijker Koftjalk.
Nadere info en foto’s op http://schuitenhelling.wordpress.com.   |